Gebed voor Kerst

Even gauw bidden, Heer. Ik heb nog niet alle boodschappen binnen.

Dankuwel voor Kerst. De sfeer, de muziek, licht in het donker. En dat allemaal dank zij U.

Lof zij U, Christus, geboren uit een vrouw, Immanuël.
Waarom wilde U eigenlijk bij ons zijn?
Zo gezellig is het hier niet. We zijn altijd druk. We leven aan elkaar voorbij. Er is ziekte en dood. We houden slaven. We genieten, soms even. En in uw gezin is het altijd ruzie, over wie er bij U aan tafel mag en hoe je het beste uw lof kunt zingen. Het is hier koud en nat, Heer.
Ik weet niet, als U vandaag zou komen, of er bij ons plaats zou zijn.

En denken mijn kinderen met Kerst nog aan U?

Ik zoek U, Heer. Ik heb U nodig.

Dus U bent toch gekomen!
U wachtte niet tot wij zover waren, U daalde af.
De hemel straalde ervan.
Dankuwel dat Lucas het opschreef: de herders, de wijzen, de voerbak. Uw lof wil ik zingen.
Wonderbare raadsman, sta ons bij in ons onvermogen.
Goddelijke held, vul ons met uw Geest.
Eeuwige vader, laat niemand hier alleen.
Vredevorst, maak uw naam waar.

Heer, ik moet weer verder; ik heb zin in Kerst.
Kom, zit bij ons aan tafel, breek met ons brood.
Wij aanbidden U, Koning en kind.

©ND 21/12/19